In september 1944 werden ongeveer 15.000 Vlaamse collaborateurs in het kielzog van de halsoverkop terugtrekkende Wehrmacht naar het Duitse Rijk geëvacueerd. Voor hen begon de oorlog pas echt toen hij afgelopen was. Duizenden Vlaamse families lieten alles achter en ontvluchtten hun vaderland, in hun onwrikbare geloof in de Endsieg, maar ook beducht voor represailles. In Duitsland stichtten ze een regering in ballingschap, financieel ondersteund door het Reich, en ze stuurden hun piepjonge zonen zelfs in maart 1945 nog naar het oostfront. Rosine De Dijn onderzocht deze onbekende episode uit de geschiedenis van de collaboratie. Ze volgde het spoor van de ‘gasten van de Führer’ en belandde op plaatsen waar dood en ellende aan het einde van de Tweede Wereldoorlog alomtegenwoordig waren. Honderdduizenden Duitse vluchtelingen waren op de been. Ondervoeding en uitputting hadden Duitsland verminkt. Verblind door de nazi-ideologie werden Vlaamse collaborateurs meegesleurd in deze oorlogshel. Voor hen was het de ‘onttovering’ van de Germaanse mythe.
Auteur: Rosine De Dijn
Vertaald uit het Duits
Genre: non-fictie
Uitgegeven bij Manteau